Deze weblog beoogt niet meer (en ook niet minder) dan een proeftuintje te zijn, waarin wordt geëxperimenteerd en gejongleerd met taal, zowel in proza als in poëzie. Neemt u de inhoud niet altijd even serieus: Wahrheit und Dichtung kunnen mijlenver uiteen liggen, maar soms ook verrassend dicht bij elkaar.

En schroomt u vooral niet om te reageren: rebekking@gmail.com


zondag 25 december 2011

Retraite

Omdat ik mij te oud veronderstelde om nog misbruikt te zullen worden, dacht ik mij zonder risico en gevaar wel voor enige meditatieve momenten terug te kunnen trekken in een klooster.

Voor een epicurist is zo’n ascetische leefwijze een hele opgave. Het viel in ieder geval niet mee om me veertien dagen verre te moeten houden van amusement, drank en internet. De laptop mocht weliswaar gebruikt worden, maar toen ik informeerde, of binnen de kloostermuren een hotspot aanwezig was, keek men mij nogal bedenkelijk aan. Aan mijn laptop had ik trouwens niet zo veel, want in mijn verblijfsruimte, die aardig voldeed aan de beschrijving, die Jan Campert eens van zo’n vertrek heeft gegeven, was geen stopcontact aanwezig. Waarmee ik haast ongemerkt meteen met één van de meest elementaire levensvoorwaarden werd geconfronteerd: is er nog leven mogelijk zonder stroom? Niet plaatselijk en een half uurtje, maar mondiaal en een half jaartje.

Met de inhoud van mijn verdere overpeinzingen zal ik u verder niet vermoeien. Welgemoed en vol vredelievende gedachten keerde ik de 24e december huiswaarts en bedacht onderweg: Als ik straks de Nachtmiss mis, heb ik altijd Hans Liberg nog.

Het eerste, waar ik thuis mee werd geconfronteerd, was de poging van een jeugdig talent om met een karate-demonstratie de amusementswaarde van een voetbalwedstrijd te verhogen. De 50 Euro, waarmee die demonstratie gehonoreerd schijnt te zijn, is natuurlijk een wat magere beloning voor een debuut voor een miljoenenpubliek, maar laten we eerlijk zijn: als Esteban een beetje kordater was opgetreden, had hij zelfs aan die 50 Euro niets meer gehad.

Hoewel misschien niet helemaal in overeenstemming met de Kerstgedachte, vind ik toch, dat doelman Esteban van AZ door zijn terughoudendheid de gemeenschap een interessante juridische casus en strijd heeft onthouden. Want als juristen twisten wordt het pas echt interessant. Wat zou er gebeurd zijn, als de karate-demonstrant aan zijn optreden een Esteban 1gescheurde milt of iets anders onaangenaams had overgehouden? En Esteban een paar gebroken ribben? Dat had ik graag willen weten. Maar nu gebeurt er niets. De civiele rechter bemoeit zich niet gauw met wat er in een sportarena gebeurt, ervan uitgaande, dat allerhande botbreuken, gebroken kaken en schedelbasisfracturen tot de risico’s van de edele voetbalsport behoren. En dat de sportorganisatie zelf wel voor passende sancties zorgt. Met als resultaat, dat je een ander op het voetbalveld rustig en vrijwel ongestraft naar het leven kunt staan, terwijl je een kilometer verderop voor hetzelfde vergrijp voor een half jaar de bak in draait. Als je een tegenstander in het veld op een niet al te opzichtige wijze een beenbreuk bezorgt, krijg je – als het tegen zit – een rood kartonnetje te zien en mag je een paar keer niet mee doen. Geen probleem, want er zijn op zaterdagavond of zondagmiddag genoeg andere leuke dingen te doen.

Toch vertel ik u volgende keer maar liever het verhaal van Adriaan van Boven, die sluiswachter wilde worden maar uiteindelijk tandarts werd. En nog behoorlijk van zich af moest bijten om zich staande te houden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten