Deze weblog beoogt niet meer (en ook niet minder) dan een proeftuintje te zijn, waarin wordt geëxperimenteerd en gejongleerd met taal, zowel in proza als in poëzie. Neemt u de inhoud niet altijd even serieus: Wahrheit und Dichtung kunnen mijlenver uiteen liggen, maar soms ook verrassend dicht bij elkaar.

En schroomt u vooral niet om te reageren: rebekking@gmail.com


donderdag 31 maart 2011

Politie(k)

Je kunt zeggen van onze Minister van Justitie wat je wilt, het is wel een man, die de handen uit de mouwen steekt. Zozeer zelfs, dat de koningin laatst tegen hem gezegd schijnt te hebben: "Wat zet u de boel toch weer Opstelten".  
Maar die Donner en Hirsch Ballin - aardige mensen hoor, daar zal ik niets van zeggen - hadden beter in hun studeerkamer kunnen blijven om de wetenschap te dienen. Trouwens: is het recht wel een wetenschap? Gevorderde beoefenaren van het recht doen nog altijd (vaak heel krampachtig) hun uiterste best om het recht als een wetenschap te verkopen, maar hun pogingen worden steeds minder geloofwaardig. Er zou een hele verhandeling over te schrijven zijn, maar ik denk niet, dat u daarop zit te wachten. Mocht u dat toevallig wèl doen, laat het me dan even weten. 


Maar politici zijn nu eenmaal met problemen bezig, die er zonder hen nooit zouden zijn. En ook onder politici komen grote niveau-verschillen voor, of, om het wat plastischer uit te drukken: de ene loopt op hoge hakken en de andere Opstelten.
Ik beschouw de politiek maar als een spelletje, met spelers, die óf niet tegen hun verlies kunnen, óf vals spelen en de boel voor de gek houden. Meestal allebei.  Politici zijn precies het tegenovergestelde van dichters: de één zegt met weinig en nog mooie woorden ook heel veel en de ander zegt met heel veel woorden meestal niks... enfin, dat wist u al heel lang. Je zou er bijna depressief van worden, ware het niet, dat ik gewoon niet intelligent genoeg ben om depressief te zijn, want ik begrijp dat soort problemen niet.


Klachten? Hier kunt Utrecht. Deze klachtensite wordt binnenkort geopend. We zijn nog bezig met de werving van voldoende deskundig personeel. Voor alle duidelijkheid: van voldoende personeel, maar ook van personeel, dat voldoende deskundig is. Dat daar geen misverstand over bestaat. En- zoals ik hier al eens eerder heb gezegd: klachten hebben alleen zin, als iemand zich de zaak persoonlijk aantrekt en er wakker van ligt.
En nu maar hopen, dat ik niet al te vaak uit mijn slaap zal worden gehouden.


Droom
Ik ontmoette laatst een Keulse pot,
Maar voor míj deed zij de deur op slot.
Doch toen ik heel vakkundig zielig dee,
En haar zei: "Mijn naam is Piggelmee",
Mocht ik waarachtig binnenkomen.
Einde helaas van mijn dromen.


En nu we het daar toch over hebben: de in Japan meest primaire (een opzettelijke tautologie) levensbehoefte kan daar in het rampgebied weer worden vervuld. Daar blijkt het eerste bordeel weer te zijn geopend. Je zal er maar om verlegen zitten.

woensdag 30 maart 2011

Relaties

- Hoi pap, ik ben er weer.
- Da's mooi. Ik wist niet eens, dat je weg was.
- Even een paar dagen ertussenuit met iemand van de Wasknijper.
- En? Was het inderdaad een knijper?
- Niet zo flauw doen, pap.
- Dat is niet flauw, dat is meelevende belangstelling, zoals een vader voor zijn dochter behoort te hebben. Al heeft niet iedere vader dat.
- Je doelt zeker op de vader van dat 12-jarige meisje in Groningen. Wat vreselijk hè? Ik heb het gelezen. En ook al een moeder van 63 in Groningen. Daar gebeurt wél wat. Misschien is dat meisje wel te vroeg aan Giphart begonnen...
- Je denkt toch niet, dat ze door een gespalkt klasgenootje te grazen is genomen? Zal wel weer zo'n geval zijn, waar bijvoorbeeld mijn genealogisch computerprogramma geen raad mee weet.
- Hoe bedoel je?
- Dat het programma op tilt gaat of dienst weigert, als Arnold niet alleen jouw broer zou zijn, maar ook je neef.
- Huh? Maar daar is in Groningen toch geen sprake van?
- Nee, dat niet, maar het programma vertikt het ook om iemand tegelijkertijd als vader en grootvader te accepteren.
- Oh, jij denkt.....
- Dat mag ík denken. Jij niet, want jij hebt geleerd, dat uit feiten en omstandigheden eerst een redelijk vermoeden van schuld moet bestaan, alvorens je iemand als verdachte mag aanmerken. Zo is het toch?
- Helemaal goed. Chapeau! Hoe weet je dat zo precies?
- Ach je vader leest ook nog wel eens wat anders dan een biografie van Elsschot of "Taal is zeg maar echt mijn ding".
- Wat zeg je nou?
- Ik zei: Taal is zeg maar echt mijn ding.
- Kan je dat niet wat gewoner zeggen.
- Dat is de titel van een boek, liefje. Lijkt me trouwens ook wel wat voor jou. Van Paulien Cornelisse, een soort vrouwelijke Jan Kuitenbrouwer. En misschien wel de dochter van Igor Cornelisse.
- Laat de familieverhoudingen nou maar aan je computerprogramma over. Dat lijkt me veiliger, want wat jij niet allemaal aan relaties verzint... Oh, de machine begint te piepen, ik moet naar m'n was...
- Knijper?
- Doei, ik bel nog wel.

dinsdag 29 maart 2011

Vliegen

Hoewel ik geen vliegangst heb en me zelfs wel eens vluchtig met vliegende vliegen heb beziggehouden, zou ik dit toch nooit verzonnen kunnen hebben:
Als achter vliegen vliegen vliegen, vliegen vliegen vliegen achterna.
Voor zover u er niet uit mocht komen: de werkwoorden staan direct voor en achter de komma. Tja, je moet er maar op komen (en niets te doen hebben). Zelf heb ik me ook wel eens met deze insecten beziggehouden, maar ben niet verder gekomen dan dit:


Twee vliegen streken laatst te Zwammerdam,
Behoedzaam neder op een vliegenzwam,
Om daar - naar eerst veel later is gebleken,
De toekomst van het vlieg-zijn te bespreken.
Al mopperde de één al gauw: "Hè gatverdamme, 
Moeten wij nu echt weer over vliegen zwammen?
Het zou mij heel wat meer gerieven,
Als wij straks weer over zwammen vliegen".


Ja ja, in Zwammerdam gebéurt tenminste nog eens wat. In Brugge trouwens ook, want daar heeft laatst iemand zich van kant gemaakt.


Mocht u er aardigheid in hebben om mensen tijdens bruiloften en partijen of saaie seminars zinnen te laten uitspreken, waar je je tong over breekt, dan zijn daar speciale websites voor. Naarmate er meer drank is in de man (of vrouw), kunnen de zinnen korter zijn om er toch plezier aan de ene kant en problemen aan de andere kant mee te hebben. Dan wordt zelfs een zinnetje als "Een pet met een platte klep is een platte kleppet" al een hele opgave.


Misschien vindt u deze dialoog in de winkel van een horlogemaker ook wel leuk:
- Morgen!
- Morgen!
- Horloge klaar?
- Morgen!
- Morgen?
- Morgen!
- Morgen!
- Morgen!


De meeste van dit soort taalspitsvondigheden komen nogal gekunsteld over, maar bovenstaande dialoog heeft een aardig hoog realiteitsgehalte.


Vanmorgen las ik ergens, dat hele verhalen al jaren- en wellicht eeuwenlang van mond op mond waren gegaan. Ik moet er niet aan denken. En ook heel wat reclame gaat nog altijd van mond op mond. Tegenwoordig niet meer zo erg, want de medische wetenschap weet er wel raad mee. Al hoop ik niet, dat als ik werkelijk eens acuut in levensgevaar ben, de beademing van mond tot mond geschiedt.
Dat er tegenwoordig ook nogal wat mensen met emiraat gaan, is met de gebeurtenissen in het Midden Oosten niet zo verwonderlijk. Wie zou er vandaag de dag géén emir willen zijn? En bevalt het niet, dat kan je als emir altijd nog met emeritaat.

maandag 28 maart 2011

Brug te ver

Ik ben er vanmiddag niet in geslaagd om met 35 punten klein slem te spelen. Laat staan groot. Er zat een vrouw verkeerd. Dat schijnt wel vaker voor te komen, ook buiten de bridgesport. Want daar ging het hier even over. Ik zal u er niet verder mee vermoeien. U weet inmiddels, welke vreemde en vaak vrouw-onvriendelijke termen er in die denksport worden gebruikt.


"Neem die vrouw maar met de heer", hoorde ik vanmiddag mijn tegenstander aan de dummy opdragen. Alsof er enige andere keus zou zijn. Het standsbewustzijn in de bridgesport is overigens groot, want je zult er niet gauw tegenkomen, dat een vrouw zich door een boer laat nemen.
Ik zat vanmiddag op een gegeven moment met drie vrouwen in m'n hand, een voorrecht, dat maar weinigen is gegeven. Maar voor ik er goed en wel erg in had, was ik ze alle drie kwijt. Het leven is vaak hard, maar het bridgespel niet minder. En mijn uiterst charmante en altijd even vriendelijke bridgepartner moet ik vanmiddag diep hebben gekrenkt, toen ik  - door de omstandigheden gedwongen - niet veel anders tegen haar kon zeggen dan: "Nee, je hebt inderdaad niet veel". Terwijl ze in werkelijkheid juist.... nou ja, u begrijpt het wel.
Ik overweeg toch ernstig, om maar te gaan sjoelen.

zondag 27 maart 2011

Zomer

Zo, vannacht om twee uur opgestaan om de klok een uur vooruit te zetten. En meteen ook even onze haan op de zomertijd ingesteld. Dat kan gelukkig nog op het platteland. Toch zit me dat verloren uur ieder jaar weer dwars. Uit mijn bloeiperiode dateert nog dit:


Van hogerhand bevolen,
Is mij vannacht een uur ontstolen. 
Dat is precies de tijd,
Die ik doorgaans aan de liefde wijd.
Ik zal nu tot het najaar moeten wachten,
Doch min intussen in gedachten.

Het volgende onderwerp heeft met het voorafgaande niets te maken, ook al heeft het er een beetje de schijn van. Het gaat over de fluit, zoals die in Hamelen werd bespeeld om ratten te vangen, of door Mozart werd gebruikt om te betoveren of door een ketel om te laten weten, dat de inhoud kookt.

Het woordje fluit wordt dus in vele betekenissen en te pas en te onpas (dus ook als het niet past) gebruikt. Laatst vertrouwde een vriend me nog toe (hetgeen ik al lang wist):
- Ik heb bij mijn vrouw geen fluit in te brengen...
- Oh, ik dacht, dat dat nou net het enige was, wat je wél hebt in te brengen..
- Wat bedoel je... ik snap er geen fluit van...
Fluit dus hier (onder andere) in de betekenis van niets. Ik heb te bevoegder plaatse navraag gedaan, waar die betekenis van fluit oorspronkelijk vandaan komt. Want we gebruiken tenslotte dagelijks uitdrukkingen als: Dat interesseert me geen fluit. Daar weet ik geen fluit van. Hij brengt er geen fluit van terecht enz. Dat zal met de fluit als muziekinstrument niets te maken hebben, ook al heb je die in soorten (van blok- tot toverfluit) en maten (van scheidsrechtersfluitje tot stoomfluit).


Ik heb even zitten denken aan de uitdrukking "Een fluitje van een cent". Dat wijst ook op iets van weinig of geen waarde of betekenis. Al heb ik vroeger een fluitje gehad, dat toch wel iets duurder was, hoewel het bestond uit niet veel meer dan een stukje bamboe met wat gaatjes erin. Ja ja, ik heb vroeger ook blok gefloten. En dwars. Maar daar vond ik geen fluit aan. Anderen ook niet, want ze noemden me een "fluitje-roer-me-niet", al verstond ik altijd "je fluit ontroert me niet". Dirty mind, tóen al. Daar heb ik een soort trauma aan overgehouden. Ik heb ook nooit naar meisjes gefloten. Maar goed ook, want gisteren las ik nog: "Mannen die naar vrouwen fluiten, kunnen naar vrouwen fluiten". Zo, nou u weer. En zo sluiten we dit onderwerp toch nog flierefluitend af.
Al houdt u de resultaten van mijn navraag (bij Onze Taal) natuurlijk nog te goed.


zaterdag 26 maart 2011

Rook

Wie niet buiten roken kan, kan buiten roken. En dat zie je dan ook regelmatig gebeuren, bijvoorbeeld bij restaurants, waar de rokers zich tussen de gangen van het diner en de tafeltjes van het restaurant naar buiten wurmen om een rookoffer te brengen. Heel gezond dus, want zij komen tenminste nog eens in de buitenlucht. Al zou ik daar gauw tabak van krijgen.
Toevallig overigens vanavond wel rookworst gegeten. Maar rookworst zonder r is ook worst. Slaat eigenlijk nergens op, maar dat hoeft ook niet altijd.


Zouden Magere en Albert Heijn,
Soms broeders van elkander zijn,
Bezield door slechts die ene vraag:
Hoe krijg ik mijn klanten klein?


De vraag kwam vanmiddag spontaan bij me op, toen ik een beetje vergelijkend warenonderzoek liep te doen, terwijl ik boodschappen deed. Daar heeft u geen boodschap aan, maar ik moest het toch even kwijt.


Laatst op een bruiloft nog eens de vraag gesteld:
Wie schreef "De dans van de reiger",
Prins Claus of Willem de Zwijger?
Geen goed antwoord gekregen. Prins Hugo Carlos kwam er nog het dichtst bij.

vrijdag 25 maart 2011

Too hay & trop herbe

Zou in de colofon van de Bijbel ook staan: "Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt..."?  Het lijkt me niet erg waarschijnlijk. De kerken zouden anders wel kunnen sluiten. Maar in een recent boekje vol met van het Internet geplukte citaten, taalkundige spitsvondigheden en andere vermakelijkheden staat het wèl. Het doet mij toch ietwat vreemd aan: "Het is verboden, gestolen waar te stelen". Of iets dergelijks. Maar de verleiding tot verzamelen is natuurlijk wel buitengewoon groot. Het Internet is één kolossale vergaarbak van wetenswaardigheden van allerlei aard. Je hoeft er alleen maar wat ordening in aan te brengen. Jammer, dat ik die kans nu weer voorbij heb laten gaan. Want het boekje, dat nu voor me ligt, had ik zelf ook samen kunnen stellen. En ik had er zelfs nog bij kunnen blijven zitten.
Ook al moest ik laatst bekennen:


Ik loop voortdurend op mijn tenen,
Om de vooruitgang bij te benen.
Ik surf me suf,
Mail over love,
En ik kwetter
Me te pletter,
Al stemt al dat getwitter
Me soms ook wel bitter,
Daar al het pogen mij niet baat,
En mijn stem helaas verloren gaat.


Op weg naar de boekhandel kwam ik nog een klasgenootje van me tegen, dat ik al enkele tientallen jaren niet meer had gezien. Ze was bepaald niet "het mooiste meisje van de klas", waar Driek van Wissen zo lyrisch over schrijft in het eerste gedicht van zijn bundel "Onverwoestbaar mooi". En ze was er in de jaren nadien ook niet mooier op geworden. Toch herkende ik haar meteen en zei haar ook: "Je ziet het Carla, ik vergeet nooit een gezicht, maar ik maak voor jou graag een uitzondering". Waarom ze toen ineens zo'n haast had, weet ik niet... Nostalgie is ook niet meer wat het geweest is.


Ook echt gebeurd:


Mijn vriend Gerard van Dalen,
Signeerde met zijn initialen,
Totdat zijn vrouw Annemarie,
Hem wees op deze blasfemie.


En straks (Hongarije - Nederland) maar weer eens kijken hoe op een groen gazonnetje je je medemens straffeloos mag mishandelen en verwonden, waar er overal elders forse straffen op staan. Sommige voetballers hebben het in dat opzicht ver geschopt.


Het wordt trouwens ook weer weer om wat wad te lopen.





donderdag 24 maart 2011

Sparen

Ik heb vandaag even geen tijd. Ben hard aan het sparen voor de 50 miljard, die bij elkaar gebracht moet worden om de Europese gemeenschap te redden. Volgens mij kunnen we beter die armoedzaaiers als Griekenland, Portugal, Spanje en nog wat van die strijkstoklanden eruit gooien.


Was ik maar een halve eeuw later geboren. Dan was me een hoop ellende bespaard gebleven en had ik ook niet zo op mijn tenen hoeven lopen om die nieuwe technische ontwikkelingen te kunnen bijbenen.
Maar goed: hoe ouder je wordt, hoe meer verleden je achter je laat.


Ach, ik neem er nog maar één. Drinken halveert weliswaar je leven, maar je ziet dubbel zo veel. Trouwens: hoe oud zou ik wel geworden zijn, als ik niet gedronken had als ik er nu al meer dan zes decennia op heb zitten.


Op de valreep krijg ik zojuist nog een reactie op de oplossing van de taalvraag van gisteren. Een lezer schrijft:
"Een groep Marokkanen" mag grammaticaal dan misschien enkelvoud zijn, maar "een groep vrouwen" is dat zeker niet. Ga er maar eens tussen zitten". Tja, daar is zelfs geen speld tussen te krijgen.

woensdag 23 maart 2011

Onkruid

Met een zekere regelmaat moet ook af en toe mijn taaltuintje gewied en van onkruid ontdaan worden. Je kunt tenslotte niet alles bewaren. En ook hier mag het kaf wel eens van het koren worden gescheiden, want anders woekert het maar door.


De saxofoon werd door Herr Sax beroemd.
Werd de trompet naar Tromp genoemd?


Vroeger hadden twee ouders vier kinderen. Nu heeft één kind vier ouders.


Ik zat eens in een veel geprezen restaurant,
Te denken aan een glaasje wijn of jus,
Maar de serveerster vroeg heel bij de hand:
"Wilt u éérst wat drinken of wilt u menu?"


Het was maar goed, dat ik de jaren des onderscheids reeds had bereikt, toen ik leerde bridgen. Want toen ik voor het eerst een bridge-avondje meemaakte, heb ik wel even met rode oortjes zitten luisteren. Eerst hoor ik een man tegen zijn vrouwelijk partner, die zijn vrouw niet bleek te zijn, zeggen: "Jij mag op tafel". De tafel was niet al te groot, dus ik was heel benieuwd wat er ging gebeuren. En mijn nieuwsgierigheid bereikte helemaal een hoogtepunt, toen hij er even later aan toevoegde: "Laat maar eens zien wat je hebt". De vrouw bleek niet uit feministisch hout gesneden, want de man kreeg geen draai om zijn oren. Maar een meegaand type was ze evenmin, want ze klom ook niet op tafel om te laten zien, wat ze allemaal in huis had. 
Inmiddels weet ik natuurlijk beter, maar die eerste keer....


Trouwens, bij een andere denksport, schaken, weten ze er ook weg mee. Je zult maar van niks weten en ineens horen zeggen: "raadsheer neemt koningin" of "dame slaat paard". Dan kan je maar beter gaan klootschieten, want daar hoor je al die rare dingen niet. Hoogstens kan de vervoeging van het werkwoord enig ongemak veroorzaken.


Ooit heb ik een plezierbootje gehad, maar die is al jaren geleden vervangen door een camper, dus ook dit gedichtje kan bij het onkruid:


Als watersporter beviel het model
Van een Vollenhovense bol mij wel.
Maar later voer ik - wat drommel,
In een Bossche Bol over de Dommel.


En dan nog even dat verraderlijke zinnetje uit het krantenbericht:
"De groep Marokkanen, die een 15-jarig meisje in Gouda heeft belaagd en haar fiets stal, hangt/hangen volgens de politie forse celstraffen boven het hoofd".
Helaas, veel verkeerde  antwoorden. Het moet hangen zijn, want niet "de groep Marokkanen, die..." is het onderwerp van de zin, maar "forse celstraffen". Meervoudig onderwerp, dus hangen. "De groep Marokkanen", compleet met bijzin, is het meewerkend voorwerp, al zullen de Marokkanen zelf niet al te meewerkend zijn (geweest).
Eén troost: de desbetreffende krant had het ook fout.

dinsdag 22 maart 2011

Jong geleerd...

Zo schrijf je nog een nonsens-gedichtje omdat je niks beters hebt te doen en zo blijkt de actualiteit zich er meester van te maken, zoals vanmorgen met het hier gisteren reeds gepubliceerde versje


Ik leerde jong jongleren,
En jong geleerd is oud gedaan,
Ik deed het heel wat keren,
En jongleer nu als een veteraan.


Als ik dit gedichtje driekwart jaar eerder had geschreven, zou ik ervan overtuigd geweest zijn, dat ik aan de basis zou hebben gestaan van Meagan, het dochtertje, dat de 63-jarige Tineke Geesink uit Harlingen gisteren ter wereld bracht. Het hééft even geduurd, maar ze heeft dan toch maar mooi het Guinness Book of Records gehaald als oudste Nederlandse kraamvrouw ooit. En dat is best een kleine ode waard:


AOW en kinderbijslag tegelijk:
Dat ligt niet binnen iederééns bereik.
Doch ik zou liever maar verzwijgen,
Met 63 nog een kind te willen krijgen.
Ook al is dat in een wip geschied.
Edoch, wij treuren daarom niet.


Maar wie duwt wie in welke wagen,
Zit ik mij intussen af te vragen.


Dat zal me ongetwijfeld wel weer op een reprimande van mijn dochter komen te staan. Geen probleem, want zij weet net zo weinig van het moederschap af als ik.
Meagan... waar zou die naam vandaan komen? Engels misschien, maar dan ontbreekt er eigenlijk een i. Me again. In ieder geval buitenlands en dat is niet ongewoon. Er wordt nu eenmaal veel in het buitenland gezaaid (met een z) en in Nederland geoogst.

maandag 21 maart 2011

Goochelen

Ik leerde jong jongleren,
En jong geleerd is oud gedaan.
Ik deed het heel wat keren,
En jongleer nu als een veteraan.


Wat een flauwekul, maar de Nederlandse taal daagt je er soms toe uit. Als u nou maar niet denkt, dat ik opgeleid ben tot circusartiest en een grote vaardigheid bezit in het hanteren van ballen, kegels, knotsen en dat soort voorwerpen. Het enige voorwerp, dat ik uiterst bekwaam weet te hanteren, is het glas, mits er natuurlijk iets in zit. "Daar zit wel wat in", zult u wellicht denken. En terecht.
Wat zou trouwens het voltooid deelwoord zijn van jongleren? Gejongleerd? Of jong-geleerd? Ik geef de voorkeur aan jong-geleerd, want het is ook jong-belegen.
Goochelen heb ik ook heel jong geleerd, want goochem ben ik wel. Maar ik was zeer ontgoocheld, toen er een keer iets goed fout ging. Met die duiven en konijnen wilde het nog wel lukken, maar met dat weesmeisje is er een keer iets mis gegaan. En waar haal je dán zo gauw een emmer water en een dweil vandaan?
Weliswaar goochel ik nog steeds, maar alleen volgens de moderne spelling, dus met een g.


Jongleren, goochelen, toveren.... het zijn allemaal van die geheimzinnige en mysterieuze activiteiten, waar een ander geen vat op krijgt. Dat ik nou juist tot die zaken een zekere affiniteit heb ontwikkeld, geeft toch eigenlijk wel te denken, ook al beperk ik die kunsten tegenwoordig maar tot de taal. Dáár kan ik me er geen buil aan vallen. Want "Wizzard of words", zoals ik wel eens ben genoemd, mag ik toch beschouwen als een kwalificatie van het even aangename als onschuldige soort.
Bovendien doet het me denken aan  "Swordplay - Wordplay", een correspondentie in kwatrijnen tussen Simon Vestdijk en Adriaan Roland Holst, die in ieder geval de onsterfelijke woorden van Roland Holst over Vestdijk heeft opgeleverd: "O, Gij die sneller schrijft dan God kan lezen". Maar intussen wordt Vestdijk nauwelijks meer gelezen. Zelfs niet door God. Waarschijnlijk alleen nog door mij.
Ook Jan Kal en Nico Scheepmaker communiceerden onder de titel "Vinger in de hoed" in dichtvorm en wel met sonnetten. Wie d'r mee deed waren Heinz Polzer (Drs.P.) en Aart van Zoest. Ook zeer de moeite waard. En te vinden in de bundel "1000 sonnetten" van Jan Kal. Hij voegde er later nog 63 aan toe ter gelegenheid van de 50e verjaardag van Johan Cruijff onder de titel "Hun zeggen".


Ik ben nu in ieder geval even uitgepraat.

zondag 20 maart 2011

Oefeningen

Dat "Nackt duschen streng verboten" is, bracht ik al eens eerder ter sprake. Het gaat hier om een dus Duits boekje met uiterst merkwaardige, meest Amerikaanse voorschriften en verboden, althans naar onze en hedendaagse opvattingen. Maar ooit waren die absurde regels heel serieus bedoeld en de meeste gelden nog steeds, hoe lachwekkend ze ons ook voorkomen. 

De oorsprong van "die verrücktesten Gesetze" is tweeërlei. Veel van die regels moeten de overheid beschermen tegen aansprakelijkheid, die in Amerika nu eenmaal veel sneller wordt aangenomen dan bij ons. Andere regels stammen nog uit de tijd, dat de pioniers in Amerika zelf hun wetten uitvaardigden en dat lange tijd ook rustig en ongestoord konden doen. Bovendien krijgen in Amerika de advocaten een percentage van de aan hun cliënten toegekende schadevergoeding, dus die willen best wat moeite doen, want ook "no cure, no pay" is daar van toepassing. En beter met een zak vol duiten naar huis dan met lege handen. (Dacht ook de ING-directeur, maar dit even terzijde).
De oorsprong van al die rare verboden en voorschriften is meestal niet meer te achterhalen, maar ze blijven wel de nieuwsgierigheid en wellicht ook de fantasie prikkelen. Ik zou haast een prijs willen uitloven voor degene, die het meest originele en toch plausibele antwoord bedenkt op bijvoorbeeld de vraag, waarom het in  Indiana verboden is om in de wintermaanden een bad te nemen. En wat zou de reden kunnen zijn, dat het fotograferen van een haas in de maand juni verboden is? En waarom zouden in Iowa paartjes elkaar niet langer dan vijf minuten mogen kussen, doch op Rhode Island maar drie minuten?  Wie het weet mag het zeggen.

Amusante en prikkelende lektuur dus. Net als "Les fleurs du mal" van Baudelaire. Ik heb er twee vertalingen van (die in de verste verte niet op elkaar lijken), want helaas houdt mijn kennis van de Franse taal op bij "Papa fume une pipe et maman aussi une lourde", al blijkt zelfs dat geen correct Frans te zijn. Dus wat blijft mij over: "Je donne ma pipe à Martin". Oók fout, helemaal fout. Je schijnt in het Frans wel je pijp te kunnen breken (casser sa pipe), zoals in het Nederlands je klomp kan breken, of een potje. Eén ding is me wel duidelijk geworden: Je kunt beter je Hollandse klomp breken dan je Franse pijp.... Had u nou maar een Frans woordenboek bij de hand... Terwijl u zoekt even een gedichtje, Made in Holland:

Omdat zij ook met and're maden vree,
Zoals zij laatst nog op een orgie dee,
Sprak toen een made tot zijn liefje:
"Schat, ik geef je op een briefje: 
Ik ben heel tolerant en edel, maar ook wijs,
Jij bent voortaan mijn troost- in plaats van ereprijs".


Heel bloemrijk. Toch?

zaterdag 19 maart 2011

Propaganda

- Hoi pap, zou het nou eindelijk eens voorjaar worden? Gisteren lag ik nog onder een deken....
- En morgen weer onder een andere kerkelijke hoogwaardigheidsbekleder...
- Nou zeg, je hebt geen hoge dunk van je dochter, hoor. Zie je me daar echt voor aan?
- Het past wel in het tijdsbeeld. En een stichtelijk woord tussen de bedrijven door zou je best goed doen.
- Hoe je dat zegt.... tussen de bedrijven door ..... en je bedoelt natuurlijk: tussen het bedrijven door...
- Inderdaad. Een kwestie van een lidwoord dus.
- Ik hoor het al. Laten we het maar gauw over wat anders hebben. Is het nog wat geworden met die klacht?
- Tuurlijk niet. Bedrijven, organisaties en overheid trekken zich niets van klachten aan. Het indienen van een klacht heeft pas zin, als de inhoud iemand persoonlijk raakt, als er zogezegd iemand van wakker ligt. Of zou kúnnen liggen.
- Dat had ik je ook wel kunnen vertellen. En de Nationale Ombudsman heeft dat kort geleden ook nog eens duidelijk gezegd. Hoe heet die man ook al weer? Heeft iets met C & A te maken...
- Brenninkmeijer...
- Oh ja. Zou dat familie zijn? 
- Vast wel. Hij zit in ieder geval keurig in het pak.
- En wat in het pak zit, verzuurt niet.
- In het vat.. Heb je het boekenweekgeschenk al?
- Ja, maar nog niet gelezen.
- Wat heb je gekocht?
- Een campinggids.
- En kreeg je daar het boekenweekgeschenk bij? Dat zou toch verboden moeten worden...
- Waarom? Een boek is een boek...
- Ja, zo lust ik er nog wel eentje.
- Ik ook. Wat neem jij?
- Het gaat erom, dat het lezen van literatuur bevorderd wordt...
- Oh ja?  Dat staat anders nergens, hoor. Maar nu we het toch over de CPNB hebben... Die club heet "Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek". Moet dat niet zijn voor het Nederlandse boek? Je maakt toch propaganda voor iets en niet van iets. Dacht ik.
- Interessante vraag.
- Ach pa, zo af en toe zeg ik ook nog wel eens iets verstandigs. Toch?
- Zeker. Misschien bedoelen ze wel, dat die collectieve propaganda niet voor het Nederlandse boek wordt gemaakt, maar juist door het Nederlandse boek, al zou ik niet weten, wat daar dan onder moet worden verstaan. Beetje academische vraag, maar toch wel interessant. Ik ga er over nadenken.
- Nou, kijk eens aan. Heb ik toch nog iets nuttigs bereikt met m´n telefoontje.





vrijdag 18 maart 2011

(Ont)hand

Wat een gezellig avondje bridgen al niet aan herinneringen en zelfs traumatische ervaringen in een mens naar boven kan halen. Dat was gisteravond het geval, toen ik de tegenstander hoorde verzuchten: "Jammer, nu komt de sterke hand op tafel". Een heel gebruikelijke uitdrukking in bridgekringen*, maar toen ik dat voor het eerst hoorde zeggen, was ik kinderlijk nieuwsgierig, wat er dan wel op tafel zou komen. Maar gisteren deed die verzuchting me aan iets heel anders denken, aan een nogal bizarre jeugdervaring:


Lang geleden gaf ik - heel charmant
Maar ook een tikkeltje verlegen,
Op Soestdijk de koningin een hand:
Ik heb 'm nooit meer teruggekregen.


Eigen schuld, vonden mijn vriendjes. "Eéns gegeven blíjft gegeven", schamperden zij, maar ik zat er toch maar mooi mee. Of liever gezegd: ik zat juist zónder. Als mijn vader in die dagen eens tegen me zei: "Kom joh, steek je handen eens uit de mouwen", dan barstte ik altijd weer in snikken uit, want ik had maar één hand om uit één mouw te steken. Later heeft mijn vader zich in dat opzicht aan mijn handicap aangepast. Als hij me weer eens tot activiteit wilde aansporen, zei hij keurig: "Vooruit, laat je hand eens wapperen". Zoals Mosje Dajan destijds zélf zijn vocabulaire aan zijn ongemakkelijke situatie aanpaste en tegen zijn secretaresse zei: "Kan ik je even onder drie ogen spreken?"
Pas veel later heb ik troost gevonden bij een soortgelijke ervaring, die de dichter Daan Zonderland (nee, niet: Zonderhand) in zijn jonge jaren heeft opgedaan, toen hij een man om de hand van diens dochter vroeg en al de volgende morgen een pakketje ontving. Of in zijn eigen woorden in Letterlijk:
Daan Zonderland


"Geachte Heer, ik moet u danken
Voor het postpakket dat ik ontving.
Maar u vergeeft mij ongetwijfeld
Een zekere teleurstelling.


Toen ik de hand vroeg van uw dochter,
Die ik hartstochtelijk bemin, 
Deed ik zulks niet in letterlijke,
Doch overdrachtelijke zin".


Te vinden in zijn bundel Er zwom een garnaal door het Kattegat, bl.164.
Toch is het best onhandig hoor: één hand, al kan het altijd nog erger. Hugo Claus schreef in 1959 een toneelstuk Mama, kijk, zonder handen. Een comedie nog wel.
Het is geen probleem om mij op handen te dragen, maar zélf kan ik een ander maar op één hand dragen, zoals je dat bijvoorbeeld wel eens ziet bij het ijsdansen.
Soms zegt een vrouw wel eens tegen me: "Handen thuis!" en u begrijpt wel, dat op zo'n moment, net als vroeger, het huilen me weer nader staat dan het lachen.


------------------------


* Schakers en bridgers (denksporters) bedienen zich vaak van een uiterst dubieuze en zelfs vrouw-onvriendelijke terminologie. Daar moet ik het toch binnenkort maar eens met u over hebben.

donderdag 17 maart 2011

Snippers

Omdat ik niets te verbergen heb, publiceerde ik hier een paar dagen geleden een onvoltooid gedichtje. Ik wist na de vierde regel werkelijk niet, wat de vrouw uit dat versje de mannen nou eigenlijk wilde laten geloven:


Met haar loslippigheid,
Van onder en van boven,
Wist zij van tijd tot tijd
Menig man te doen geloven..



Ongevraagd kreeg ik verrassend genoeg van diverse lezers suggesties voor aanvulling of voltooiing van het versje. De meeste konden niet door de beugel en die laat ik hier dan ook onvermeld, zoals bijvoorbeeld:


Dat bij een gesloten mond,
Er niets naar binnen komt.


Woorden van gelijke strekking  zei mijn moeder vele decennia geleden al tegen me, toen ze de inhoud van een potje Olvarit (ik geloof spinazie) bij mij naar binnen trachtte te krijgen.
Dus aan zo'n aanvulling heb ik niets. Een open deur... Al moet ik toegeven, dat ik desondanks nog heb geprobeerd om een diepere gedachte achter die twee regeltjes te ontdekken. Vergeefs, helaas.
Een andere lezer schreef, dat naar zijn mening ik me bij het maken van gedichtjes meer laat leiden door bepaalde rijmcombinaties of taalkundige spitsvondigheden, dan door emoties, gevoelens van romantische of erotische of dergelijke aard. 
Dat is helemaal juist, midden in de roos, al ben ik bang, dat ik de betreffende lezer daarmee ietwat teleur stel.


Daarom, én om de geest te slijpen tot besluit een eenvoudige, taalkundige opgave, die niettemin heel wat mensen voor problemen heeft gesteld, inclusief de krant, waaraan onderstaand bericht is ontleend. Vraag is, of het in de volgende zin hangt moet zijn of hangen? En waarom.


GOUDA - De groep Marokkanen, die een 15-jarig meisje in Gouda heeft belaagd en haar fiets stal, hangt/hangen volgens de politie forse straffen boven het hoofd.

woensdag 16 maart 2011

Boeken

Willem Elsschot
Al weer een biografie van Willem Elsschot, nu door Vic van de Reijt, die zich overigens al eerder intensief bezig hield met Elsschot en o.a. diens Brieven uitgaf: bijna 1300 stuks, waar nodig uitvoerig toegelicht. De briefvorm was Alfons de Ridder overigens op het lijf geschreven, evenals Gustav Flaubert, die volgens menigeen en mij mooiere brieven schreef dan romans. Maar Elsschot is voor mij vooral onsterfelijk geworden door dat ene gedicht, Het huwelijk, en dan in het bijzonder de woorden: "want tussen droom en daad staan wetten in de weg en praktische bezwaren", woorden, die her en der worden gebruikt, door Jan en alleman, te pas en te onpas, bij nacht en ontij, te hooi en te gras, bij weer en wind, in voor- en tegenspoed, te land, ter zee en in de lucht, kortom: waar en wanneer niet?
Vic van de Reijt is behalve een Elsschot-kenner ook een liefhebber van het light verse en van secundaire literatuur, deugden, die zich goed laten combineren met Elsschot, die in de ogen van zijn kinderen zélf eerder een ondeugd was. Wat mij betreft mag u dus best een bijdrage leveren aan het banksaldo van Van de Reijt, is het niet voor zijn biografie of brieven van Elsschot, dan voor zijn  Ik wou dat ik twee hondjes was, een uiterst amusante bloemlezing van Nederlandse nonsens- en plezierdichters. Er is tenslotte al genoeg ellende in de wereld. En het is bovendien Boekenweek.


Heeft u dat nou ook? Als ik naar de foto van  Kader Abdolah op de achterzijde van het boekenweekgeschenk kijk, denk ik steeds, een vermomde Kees van Kooten te zien. Wat wél meteen een gretige lezer van me maakt.
Maar de (eigen) theatershow "De vrouwen van Kader Abdolah", waarmee in Carré de Boeken(anderhalve)week wordt afgesloten, doet mij het ergste vrezen. Een programma rond de vrouwen, die Abdolah hebben geïnspireerd in sociaal, politiek, cultureel of ander opzicht. Ik ben vooral in dat andere opzicht geïnteresseerd, want hoe je je door Yvon Jaspers ("Boer zoekt vrouw") kunt laten inspireren, is me niet helemaal duidelijk, vergt althans te veel van mijn voorstellingsvermogen.


Maar misschien steek je er toch wat van op, zoals ik ook van een anti-rook-cursus veel heb opgestoken. Trouwens, nu de pensioenfondsen zo in de problemen zitten, schijnt men het roken weer te willen bevorderen om ook langs die weg het aantal pensioengerechtigden terug te dringen. Een hele legitieme reden om te stoppen met stoppen met roken. Ik ben zelf al jaren geleden gestopt met roken en wel op het moment, dat ik dacht een pijp in mijn mond te hebben, terwijl het een sigaar bleek te zijn. Dat gat in mijn hand ben ik nooit meer kwijtgeraakt. En die pijp heb ik aan Maarten (Ducrot) gegeven. Die zal straks nog een zware roken.



dinsdag 15 maart 2011

Losse flodders

De boog kan niet altijd gespannen zijn. Ik heb ook nog geen reactie van Rijkswaterstaat gehad op mijn ingediende klacht, dus daarom vandaag maar eens wat opgekomen zaaigoed uit eigen (taal)tuin en de akkers van anderen. Hopelijk ter leeringh ende vermaeck.


Voor de kenners. Gehoord in het GelreDome tijdens een wedstrijd van Vitesse:
"Ai... zattie nou of zattie niet?"


Trappen van vergelijking:
groot - groter - grootst
ijs - ijzer - eist


Zei mijn dochter laatst:
"Je wilt eigenlijk graag thuisblijven, maar je haar zit zo goed..."



Zei een bevriende begrafenisondernemer onlangs:
In deze eikenhouten kist
Rust een ontspoorde machinist
"Ik houd van Beet- en kerkhoven"


Aanbeveling:
Het lezen van een priapee
Brengt menigeen op een idee.


Onvoltooid gebleven gedicht:
Met haar loslippigheid,
Van onder en van boven,
Wist zij van tijd tot tijd
Menig man te doen geloven.....


Raadselachtig:
In een zomerhuisje te Cadzand,
Zaten eens twee teken aan de wand.
Dat was een teken aan de wand...
Hoe leg je een buitenlander, die net enthousiast aan zijn inburgeringscursus is begonnen, dat nou uit?


Ook vreemd:
Een handwerksman uit Nederland
Maakte in Brugge zich van kant.


Adembenemend:
Smart- en dronkenlappen
Doen naar adem happen.


Oude wijsheid:
Wie niet waagt
Blijft altijd maagd.


Celibaat het niet, het schaadt ook niet. Met een Deken onder de lakens is echt niet alleen van deze tijd. In de "Koddige opschriften", verzameld door Hieronymus Sweerts (1629-1697), kan men al lezen:
Wanneer de bierdrinker is bij de tonne,
En de monnik bij de nonnen,
En de paap bij de begijnen,
Dan is een ieder bij de sijnen.


En dat al in de zeventiende eeuw.

maandag 14 maart 2011

Klacht

- Pap, hoe kan je nou in hemelsnaam zo stom zijn om op een snelweg te stoppen, alleen om even te kijken wat er op een bordje staat? Dat is toch vrágen om moeilijkheden?
- Dat bordje staat er toch om gelezen te worden? Maar ik was niet verder gekomen dan "Heeft u klachten? Bel 07...." Dus stop ik om even te kijken, welk nummer ik dan moet bellen. Heel logisch, lijkt me.
- Maar wat had je dan voor klachten?
- Dat Rijkswaterstaat borden langs de weg plaatst, die de veiligheid van het verkeer in gevaar brengen.
- En hoeveel heeft het je nu uiteindelijk aan boetes gekost om die klacht te kunnen indienen? Had je dat voor zoveel geld niet beter aan een ander kunnen overlaten?
- Een ander doet het niet.
- Dus voel jij je weer geroepen...
- Nu ik je toch aan de lijn heb: ik heb de groeten aan Kees gedaan en hij zei, dat ik wel eens wat beter op je mocht letten. Wat kan hij daarmee hebben bedoeld?
- Ach, die lieve Kees.... heeft ook iets met een soort verkeer te maken. En met veiligheid...
- Hoe bedoel je?
- Dat weet je best. En anders ga je er maar eens over nadenken. Je hebt tenslotte tijd genoeg.
- Noemen ze dat in het recht niet een redenering a contrario?
- Nee pap, het líjkt er niet op. Een redenering a contrario is heel wat anders. Bemoei je nou maar niet met dingen, waar je geen verstand van hebt.
- Goed, dan ga ik nu mijn klacht maar indienen.
- Misschien krijg je je boete wel vergoed.
- En misschien verdien ik er straks zelfs nog aan....


Els Borst, ooit minister van Volksgezondheid onder Kok, heeft eens gezegd: "Een klacht is gewoon een gratis advies". Cees Buddingh' vond die uitspraak zelfs interessant genoeg om in zijn verzameling Citaten & Aforismen op te nemen. Als men in Den Haag dan ook maar iets dóet met mijn advies.
De camera (met gps) om al die onder verantwoordelijkheid van Rijkswaterstaat geplaatste en de verkeersveiligheid in gevaar brengende borden vast te leggen, is inmiddels besteld. Ik zal de foto's straks op mijn (Picasa-)webalbum plaatsen, zodat u precies kunt zien, waar wat valt te lezen en u dus onderweg niet zulke levensgevaarlijke capriolen hoeft uit te halen als ik heb gedaan om er achter te komen, wat er zoal op die borden staat.
Graag gedaan.

zondag 13 maart 2011

Dure dag

Eco- c.q. egoduct
Je hoeft niet eens veel kilometers over het rijkswegennet te rijden om al gauw geconfronteerd te worden met allerlei werkzaamheden aan en om de wegen, variërend van verbreding van wegen tot de bouw van imposante  ecoducten om de rode bosmier in de gelegenheid te stellen  om zonder levensgevaar ook eens een kijkje te gaan nemen aan de andere zijde van de snelweg. Deze werkzaamheden worden door Rijkswaterstaat met indrukwekkende borden en veel informatie langs de weg aangekondigd. Er staat op, wat er gaat gebeuren, wie wat uitvoert in wiens opdracht, hoe lang de werkzaamheden gaan duren en welke omleidingsroute wordt aanbevolen. Om maar een kleine greep te doen.


Nuttige en interessante informatie, die ik vanmiddag allemaal tot mij wilde nemen, toen ik langs Rijksweg 1 zo'n bord tegenkwam. Ik reduceerde mijn snelheid dus aanzienlijk om tijdig alles te kunnen lezen, geknipper en getoeter van medeweggebruikers op de koop toenemend. Ik begrijp best, dat het even oppassen geblazen is, als er iemand met een gangetje van 25 km/u over de snelweg rijdt, maar dat bord staat er natuurlijk óók niet voor niks. En nóg heb ik niet eens alles kunnen lezen, al vroeg Rijkswaterstaat een paar kilometer verder wel mijn begrip voor het eventuele ongemak wegens de beperkende verkeersmaatregelen. Dat geeft toch allemaal blijk van een klantvriendelijke benadering. En het werd zelfs nóg vriendelijker, toen ik even later een bordje langs de weg zag staan: "Heeft u klachten? Bel ......".  U begrijpt, dat ik dat telefoonnummer niet zo snel kon lezen. Dus maar even gestopt op de vluchtstrook, pen en papier gezocht en teruggelopen naar het bordje om het telefoonnummer te noteren. Want ook dít bordje stond daar natuurlijk niet voor nop.


Mijn voorbeeld werd trouwens nog door een andere automobilist gevolgd, al bleek het, toen ik weer terug was bij mijn eigen auto, een politiefunktionaris te zijn. Welke noodsituatie mij ertoe gebracht had om op de vluchtstrook te stoppen? Mijn uitleg bleek niet als een noodsituatie te kunnen worden aangemerkt. De man zei nog iets over vrije doorgang voor ambulances en brandweerauto's,  waarvan ik de hele dag nog geen exemplaar had gezien en vond mijn gedrag een boete waard ter grootte van een bedrag, waarmee je een compact-camera met gps kunt aanschaffen om al die informatie langs de snelwegen vast te leggen en thuis nog eens rustig te bekijken. Hetgeen ik dan ook zal doen.


Begaan als ik ben met het lot van anderen, ben ik nog een keer naar het bordje gelopen en heb het zo gedraaid, dat het vanaf de weg niet meer leesbaar was, zodat anderen niet dezelfde bekeuring riskeren. En hupsakee, nog een boete, nu wegens beschadiging, c.q. vernieling van rijkseigendom.


Toch handig, al die informatie langs de snelwegen. Goed, het bevordert niet direct de verkeersveiligheid, maar brengt wel geld in het laatje..

zaterdag 12 maart 2011

De baan op

Hoewel u dat misschien niet direct achter mij zou zoeken, ben ik ooit een niet onverdienstelijke baanwielrenner geweest. Toen de Beatles wereldwijd furore maakten, vierde ik op veel kleinere schaal mijn eigen kleine triomfjes op de houten wielerbaan van Alkmaar. Aan die tijden dacht ik even terug, toen ik Wüst zo zelfbewüst over de baan van Inzell zag snellen. 
Zelfs Annie Friesinger moest op haar aandoenlijke wijze toegeven: iek heb nie gewüst, dat zij zo schnell rijden konnte. Dat had It's of Ids haar toch wel even kunnen vertellen, denk ik dan, maar verder wil ik me niet in Friese familie-aangelegenheden mengen.


Als ik heden wist wat Wüst nu weet,
En ik net zo rap mijn rondjes reed,
Braken nu voor mij als wielerveteraan,
Op de baan weer gouden tijden aan.


Maar ja, die gouden tijden zijn voorbij. Niettemin kom ik als taal- en wielerliefhebber weer volledig aan mijn trekken, wanneer Maarten Ducrot en Herbert Dijkstra mij  straks in hun onnavolgbare jargon bijpraten over het nieuwe wielrennen tijdens hun drie weken durende conference tijdens de Tour de France (hé, dat rijmt; dat had ik eerder moeten weten).
Dan krijg ik weer te horen, waarom Gesink in een treintje zit en een andere renner in de bus. En ik maar denken, dat ik naar wielrennen zit te kijken....
Die belangstelling voor het wielrennen heb ik - vreemd genoeg - met mijn dochter gemeen, terwijl mijn zoon zich er totaal niet voor interesseert. En voetbal interesseert hem ook geen bal. Zijn belangstelling gaat meer uit naar de verfijndere geneugten van het leven, vindt-ie zelf. Welke geneugten dat zijn, is me overigens nooit duidelijk geworden, maar ik heb met hem dan ook veel minder contact dan met mijn dochter. Over wie ik blijkbaar ook niet alles weet, want wie zei laatst ook al weer, dat ik wel eens wat beter op haar mocht letten?


Na dit wat huiselijke intermezzo (al mag u gerust iets van mijn achtergronden weten) weer snel terug naar de ijsbaan. Van de commentator in Inzell begreep ik, dat er ook iemand aan de wedstrijden mee deed uit een land, waar helemaal geen ijs is. Ik geloof een Nieuw-Zeelander. En hij deed het als debutant niet eens zo slecht, al had hij het meekijkend thuisfront tevoren wel moeten vertellen, dat hij na ieder recht stuk linksaf zou slaan.
Dat riep bij mij een al járen gekoesterde wens in herinnering, om de rondjes eens andersom, rechtsom dus, te laten rijden. Zou je dan als televisiekijker de neiging hebben om niet voor, maar juist achter je tv-toestel te gaan zitten om de schaatsers toch in de vertrouwde richting te zien zwoegen? En om de attractie-waarde nog verder te verhogen, zou het wellicht aanbeveling verdienen om de ene deelnemer linksom te laten rijden en de andere rechtsom. In de aanloopperiode (een beetje raar woord in dit verband) zullen de deelnemers veiligheidshalve wel met airbags moeten worden uitgerust. Want een rondje in 30 seconden impliceert een snelheid van 48 km per uur, ook voor de tegenligger, al rijdt hij andersom.


Eén ding blijft mij ergeren: die aero-dynamische mutsen, capuchons of boerka's. Met zo'n ding en vaak ook nog een soort duikbril op hun hoofd, zien die schaatsters (mannen interesseren me in dit opzicht even wat minder) er niet uit en het is altijd weer een verrassing, wat daaronder na een rit en het los schudden van de haren, vandaan komt. Meestal best het aanschouwen waard, al zijn ze aan de finish niet meer op hun mooist.
Kennelijk is hierover ook en met succes door anderen geklaagd, want sinds  nog niet zo heel lang wordt bij de start naast de rijdsters in hun gladde en glimmende reclameverpakking ook eventjes een fotootje getoond, zodat je als kijker toch een beetje weet, hoe de rijdster er in het echt uitziet.


De héél oplettende kijker zal mij nu op de vingers kunnen tikken, want het is geen fotootje, dat getoond wordt, maar een videootje. Al is dit maar zelden te zien. Slechts een enkeling heeft de instructie, om een paar seconden stil te zitten en niet met de ogen te knipperen, aan de laars gelapt. 
Leuk, dat u nu massaal gaat kijken, of hetgeen ik hier beweer, wel klopt.



vrijdag 11 maart 2011

Even bijpraten

Vanmorgen mijn dochter maar even gebeld om te horen, of er nog wat te mopperen viel..
- Hoi pap, leuk gedichtje gisteren, van die meneer Van D.
- Ja, ja... zolang je vader zoiets maar niet schrijft vind je het wel leuk. Hoe is het trouwens met die Vlaming? Je bent een keer met 'm uit eten geweest, maar daarna heb ik je nooit meer over hem gehoord.
- We schrijven elkaar.
- Oh, da's ook heel interessant. Maar ik zei toch al: relaties tussen mensen uit verschillende culturen en zelfs verschillende landen verlopen vaak heel moeizaam.
- Dat heeft er in dit geval niets mee te maken. Bovendien spreken we dezelfde taal.
- Dat zegt niks. Mensen, die dezelfde taal spreken hoeven elkaar nog niet te verstaan. Daar weet ik alles van.
- In ieder geval had ik er even geen trek in.
- Ik heb je toch wel eens verteld, van die Fransman en die Engelse?
- Misschien wel, maar ik weet zo gauw niet wat je bedoelt.
- "Je t'adore", zei de Fransman tegen zijn Engelse vriendin.
  "Shut the door yourself", sprak zij, "but first come in".
- Ja, leuk. Zelf bedacht?
- Pronk ik ooit wel eens met andermans veren?
- Dat vraag ik me inderdaad soms af. Maar léés je nog wel eens of ben je tegenwoordig alleen nog maar met je weblog bezig?
- Nee hoor, ik ben net aan "Jan Zoet, Amsterdammer" begonnen.
- Dat dure boek?
- En aan de door Hieronymus Sweerts verzamelde "Koddige en ernstige opschriften op luyffens, wagens, glazen, uithangborden en andere taferelen". Heel amusant, leerzaam en soms ook wel een beetje pikant.
- Ja, daar hou jij wel van...
- Te vergelijken met "De Uithangtekens", die Jacob van Lennep en Jan ter Gouw ruim twee eeuwen later bij elkaar hebben gesprokkeld.
- Nog helemaal in de carnavalssfeer dus..
- Maar ik heb voor jou ook nog iets leuks..
- Als jij voor mij iets leuks hebt, dat wéét ik het wel...
- "Nackt duschen streng verboten".
- Ja, zie je wel... als ik het niet dacht... met leuke plaatjes zeker?
- Zonder plaatjes. Een verzameling uiterst bizarre maar ook heel vermakelijke wetsvoorschriften, vooral van Amerikaanse herkomst.
- Je bent wel op de frivole toer. Hou je je ook nog wel eens met serieuze dingen bezig?
- Zelden. In Amerika worden fabrikanten, artsen en overheden voor het minste geringste door consumenten, patiënten en burgers aansprakelijk gesteld. Dat zou jij als juriste toch moeten weten..
- Dat wéét ik ook, al had ik liever gehad, dat je me destijds Nederlandse Taal- en Letterkunde had laten studeren...
- Ja, dat wéét ik nou wel. Zie jij jezelf al voor de klas staan, met al dat schorriemorrie?
- Nou pa, dat was in jouw tijd heus niet anders.
- Hoe dan ook, in Florida is het vrouwen verboden om op hoge hakken te lopen. Waarom? Omdat ooit een hooggehakte dame is gevallen over een losliggende stoeptegel en de gemeente tot een absurde schadevergoeding werd veroordeeld. Daarna is meteen dat hoge hakken-verbod ingevoerd. Je zult niet bekeurd worden, als je daar nu op high heels loopt, maar als er iets gebeurt, is het wel je eigen schuld en is de overheid dus niet aansprakelijk. En zo moet je al die gekke voorschriften daar zien. Snappie?
- Leuke vakantielektuur.
- Inderdaad. En met het Duits van Louis van Gaal kom je al een heel eind.

donderdag 10 maart 2011

Rookgordijn

Kate Moss
Voor wie een ochtendblad leest, kan de dag eigenlijk nooit vrolijk beginnen. Alle ellende in de wereld krijg je meteen al tijdens het ontbijt op de voorpagina opgediend en voorgeschoteld.

Vanmorgen trof ik Kate aan temidden van rookpluimen in Libië, met behalve haar eigen mooie kop ook de krantenkop "Kate komt in rook op". Dat zal ongetwijfeld een contaminatie zijn, zeker als je ziet, welk nieuws haar omringt. Had natuurlijk moeten zijn: "Kate komt in rook om" of "Kate gaat in rook op". 
Even kijken om welke Kate ("Kiss me Kate" misschien?) het eigenlijk gaat... Nee, niet over de Kate van Cole Porter, maar over Kate Moss, vermoedelijk de dochter van Stirling Moss. Ze ziet er in ieder geval "snel" uit. Verder lees ik in het bijschrift alleen maar dingen, waar ik niets van begrijp, zoals "zoenend  met een transgender op de cover". Dus tóch een soort Kiss me Kate. Nou, geef mij die oer-Hollandse Keetje maar. Keetje Stippel, een creatie van Kees Stip.


Over rookgordijn gesproken: vanmorgen ontving ik een mailtje van een zekere G. van D. te L. Hij vond mijn gedichtje over het ouder worden zo herkenbaar en vroeg, of ik zijn poëtische visie op hetzelfde verschijnsel zou willen publiceren, ook al is het dan wat vrijmoediger van toon en ongeschikt voor lezers onder de tien jaar. Hier volgt zijn Overdenking:


Mijn fiere minnewapen,
Ligt al lang op apegapen,
Ook al ben ik heel tevree
Over wat ik er mee dée.


Maar na een aantal jaren,
Komt men tot bedaren,
Wijkt de lust voor de moraal,
Of wordt het te vermoeiend allemaal.


Totdat je denkt: hoezo?
Niks mis nog met mijn libido!
En je met een imponerende conduitestaat,
Voorzichtig en omslachtig op herhaling gaat.


Moraal van dit gedicht:
Wie voor het tal der jaren zwicht,
En denkt, niet veel meer te beleven,
Heeft zichtzelf af- en ten dode opgeschreven.


Een duidelijke aansporing dus van de heer G.van D. om niet bij de pakken neer te zitten, maar de handen uit de mouwen te steken. Want dood gaan kan je altijd nog...
Tenslotte nóg een rookoffer, nu van eigen makelij:


Hier zou Henk ter Horst hebben gelegen,
Als hij zijn zin maar had gekregen.
Doch omdat hij van heel Beek en Donk
Het meest naar knoflook en jenever stonk,
Kreeg een milieugroep het gedaan,
Dat hij snel in rook is opgegaan.